Vanaf 1 september 2021 zullen houders van een niet-erkend buitenlands rijbewijs niet langer een vrijstelling van scholing krijgen. Dit betekent dat houders van een niet-erkend buitenlands rijbewijs eveneens eerst moeten oefenen met een voorlopig rijbewijs (M18 of M36) en ten minste 3 maanden stage moeten doorlopen alvorens in aanmerking te komen voor een praktisch rijexamen.
Na twee niet-geslaagde examens zal men ook verplicht zijn ten minste 6 uur praktijkonderricht te volgen bij een erkende rijschool, mislukkingen voor 1/9/2021 worden ook meegeteld. Vervolgens kan er een nieuw praktisch examen worden afgelegd.
Deze afschaffing maakt deel uit van een Besluit van de Vlaamse Regering van 2 juli 2021 tot wijziging van diverse besluiten over de rijopleiding en de rijexamens. Het motief van deze opheffing van vrijstelling is omdat er geen inhoudelijke redenen is om aan te nemen dat voor houders van een niet-erkend buitenlands rijbewijs een gunstmaatregel zou moeten gelden in vergelijking met andere kandidaten.
BVR 2 juli 2021
Hieronder een opsomming van andere belangrijke wijzigingen door het wijzigingsbesluit van 2 juli 2021:
- De instellingen die de examens afnemen worden verplicht de gegevens elektronisch te bezorgen aan het Departement Mobiliteit en Openbare Werken om de algemene digitalisering van de dienstverlening van de Vlaamse overheid te ondersteunen.
- De categorie AM wordt overgeheveld van het opleidingsprogramma A naar het opleidingsprogramma B omdat de examens voor categorie AM beter passen binnen het opleidingsprogramma van examinatoren voor categorie B door de vergelijkbare manoeuvres en het feit dat een houder van een rijbewijs B ook met een voertuig van categorie AM mag rijden.
- Het theorie-examen wordt toegankelijker gemaakt voor personen die het Nederlands niet machtig zijn, door in een audiovertaling te voorzien.
- De examencentra en de instellingen die het terugkommoment aanbieden moeten voorzien zijn in redelijke aanpassingen voor personen met een beperking.
- De minimumleeftijd om het praktijkexamen af te leggen en de documenten die voorgelegd moeten worden om toegelaten te worden tot het examen, worden duidelijk bepaald.
- Er wordt een procedure ingevoerd om fraude en andere vormen van onregelmatigheden voor, tijdens en na het examen te bestrijden.